|
geen herkenning |
niet echt |
een beetje |
heel herkenbaar |
wisselend per omgeving |
Anderen vinden mij vaak een beetje 'te' (denk aan te druk, te intens, te gevoelig, te perfectionistisch, te emotioneel, te kritisch, te moeilijk, te betweterig, te nieuwsgierig of te dromerig). |
|
|
|
|
|
Gedrag dat afwijkt van de norm vertoon ik op dezelfde manier in verschillende situaties (zowel thuis, op school, op het werk of tijdens een uitje naar een museum of pretpark). |
|
|
|
|
|
Ik ben autonoom, onafhankelijk en zelfsturend en heb moeite met (strenge) autoriteit. |
|
|
|
|
|
Ik ben breed geïnteresseerd, leergierig en vind veel verschillende dingen leuk en interessant. |
|
|
|
|
|
Ik ben creatief (van creatieve oplossingen tot creatieve creaties en creatieve hobby's/werkzaamheden zoals zingen, dansen, schilderen, sporten, etc.). |
|
|
|
|
|
Ik ben gevoelig voor sfeer en voel deze ook meteen haarfijn aan als ik ergens binnenkom. |
|
|
|
|
|
Ik ben goed in associatief denken. |
|
|
|
|
|
Ik ben idealistisch ingesteld en zie vaak al hoe de ideale situatie kan zijn. Daardoor raak ik nog weleens teleurgesteld omdat mijn idealistische beeld geen waarheid is en misschien ook niet kan worden. |
|
|
|
|
|
Ik ben kritisch op wat ik zie en hoor. Ik neem niet zomaar iets voor waar aan. |
|
|
|
|
|
Ik ben perfectionistisch ingesteld en stel hoge eisen aan mezelf en aan wat ik doe. |
|
|
|
|
|
Ik ben perfectionistisch. |
|
|
|
|
|
Ik ben slecht in plannen en me houden aan afspraken. |
|
|
|
|
|
Ik ben sterk gevoelig voor prikkels. |
|
|
|
|
|
Ik ben vaak angstig, openlijk of bedekt. |
|
|
|
|
|
Ik ben zelflerend, leer vooral door zelf te doen en te ontdekken (autodidactisch) en kan mezelf snel dingen eigen maken. |
|
|
|
|
|
Ik denk in beelden en kan dingen ook het beste onthouden als ik ze voor me kan zien. |
|
|
|
|
|
Ik ervaar de emoties van anderen en prikkels van zowel buiten (geluid, licht, geuren, proeven, aanraking) als van binnenuit (honger, slaaptekort, etc.) intens. |
|
|
|
|
|
Ik heb een bovengemiddelde intelligentie. |
|
|
|
|
|
Ik heb een gebrek aan inlevingsvermogen en moeite met communiceren (zowel verbaal als non-verbaal: het interpreteren van gezichtsuitdrukkingen). Dit beperkt zich niet tot leeftijdsgenoten, maar is in elke relatie terug te zien. |
|
|
|
|
|
Ik heb een hoog verantwoordelijkheidsgevoel en ben loyaal naar anderen toe. |
|
|
|
|
|
Ik heb een rijke verbeelding, vroeger had ik denkbeeldige vriendjes en kon ik nog weleens moeite hebben met het verschil tussen feit en fictie. |
|
|
|
|
|
Ik heb een verlangen naar intellectuele prikkels. Wanneer deze ontbreken, verlies ik mijn aandacht en raak ik verveeld. |
|
|
|
|
|
Ik heb een voorkeur voor diepgaande gesprekken en moeite met koetjes en kalfjes. Op sociale gelegenheden zoals verjaardagen kom ik daarom niet graag. |
|
|
|
|
|
Ik heb grote aandacht voor details. |
|
|
|
|
|
Ik heb herhaaldelijk interesse in hetzelfde onderwerp en richt me sterk op één aandachtgebied. |
|
|
|
|
|
Ik heb het gevoel dat mijn zintuigen intensiever werken. Daardoor heb ik bijvoorbeeld moeite met hard/hoog geluid, labels in mijn shirt en/of fel licht. |
|
|
|
|
|
Ik heb intense emoties. Ik kan intense blijdschap ervaren, maar ook bovengemiddeld verdrietig of boos worden over het leed in de wereld. Als ik iets vervelends zie op het nieuws heb ik daar soms nog dagen last van. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite met abstract taalgebruik en metaforen. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite met het begrijpen van abstracte concepten of innovatieve ideeën. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite met leren. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite met routinematige werkzaamheden en kan mezelf moeilijk aanzetten tot simpele activiteiten en taken, zeker als ik er het nut niet van inzie. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite met uitvoerende werkzaamheden. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite om aansluiting te vinden bij leeftijdsgenoten, maar kan goed communiceren met mensen die ouder zijn dan ik. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite om mijn eigen gedachten onder woorden te brengen. |
|
|
|
|
|
Ik heb moeite om mijn eigen gevoelens en emoties onder woorden te brengen. |
|
|
|
|
|
Ik heb regelmatig ideeën die voor mijn dierbaren, collega’s en leidinggevenden niet te begrijpen zijn of als onrealistisch worden gezien. |
|
|
|
|
|
Ik heb slaapproblemen. |
|
|
|
|
|
Ik heb weerstand tegen verandering. |
|
|
|
|
|
Ik hecht veel aan rituelen en gewoontes. |
|
|
|
|
|
Ik hecht veel waarde aan rechtvaardigheid. Als zaken oneerlijk zijn of oneerlijk verlopen, kan ik me daar enorm boos en druk om maken. Ik vind het moeilijk om het dan 'los te laten'. |
|
|
|
|
|
Ik hecht weinig belang aan wat er in anderen omgaat. |
|
|
|
|
|
Ik kan lang en stilletjes nadenken over dingen, veel in mijn hoofd zitten en plezier halen uit het uitdenken van scenario’s en vraagstukken. |
|
|
|
|
|
Ik kan me moeilijk verplaatsen in anderen. |
|
|
|
|
|
Ik kan mezelf volledig in iets verliezen als het mijn interesse heeft. Ik vergeet dan de tijd en de wereld om mij heen. Als mensen op die momenten iets aan mij vragen, hoor ik ze vaak niet eens. |
|
|
|
|
|
Ik kan moeilijk hoofd en bijzaken uit elkaar houden, daardoor heb ik minder goed overzicht over een taak. |
|
|
|
|
|
Ik kan slecht omgaan met dingen die 'moeten'. |
|
|
|
|
|
Ik kan snel schakelen en daarbij analytisch, divergent en lateraal denken om tot (creatieve) ideeën en oplossingen te komen die voor anderen soms moeilijk te begrijpen en te bevatten zijn. |
|
|
|
|
|
Ik kan vanuit verschillende invalshoeken/perspectieven vraagstukken bekijken en benaderen en haal daar plezier uit. |
|
|
|
|
|
Ik leer en denk vanuit het geheel naar de losse onderdelen zodat ik de onderdelen in het geheel kan plaatsen en zo kan onthouden (top-down). Met lineair leren (van a naar b naar c naar d) heb ik moeite. Ik denk eerder van a naar f naar b naar h naar c. |
|
|
|
|
|
Ik merk dat ik (denk)stappen voorloop op de mensen om mij heen. Er wordt mij vaak gevraagd wat ik bedoel en of ik wat langzamer kan gaan. In mijn beleving ga ik helemaal niet te snel. |
|
|
|
|
|
Ik onderschat mezelf regelmatig. Ik vind wat ik doe vanzelfsprekend en logisch. Ik snap niet dat anderen dat dan knap vinden en/of waarom zij dat ook niet doen/kunnen. |
|
|
|
|
|
Ik reflecteer veel op wat ik denk en kan daardoor vervallen in het denken over mijn denken waardoor ik niet in beweging kom. |
|
|
|
|
|
Ik stel graag diepgaande vragen, ik wil begrijpen hoe iets zit, waarom iets is zoals het is. Mijn waarom-vragen worden niet altijd gewaardeerd. Soms vinden mensen dat ik te veel vragen stel, te nieuwsgierig ben of mezelf te veel met dingen bemoei. |
|
|
|
|
|
Ik stel herhaaldelijk (repeterend) dezelfde vragen. |
|
|
|
|
|
Ik verlies snel weer mijn interesse wanneer ik begrijp hoe het zit en/of het in de vingers heb. |
|
|
|
|
|
Ik vertoon problemen rondom het gebruik van de Nederlandse taal. |
|
|
|
|
|
Ik vertoon terroriserend gedrag. |
|
|
|
|
|
Ik vertoon vaak obsessief repetitief gedrag. |
|
|
|
|
|
Ik vind de makkelijke dingen vaak moeilijk terwijl ik de moeilijke dingen juist weer makkelijk vind. Hoe makkelijker iets is, des te sneller ik denk dat mijn antwoord niet klopt omdat het in mijn ogen dan te makkelijk is. |
|
|
|
|
|
Ik voel me regelmatig eenzaam omdat ik weinig gelijkgestemden om mij heen heb. De mensen om mij heen kunnen niet mee in mijn denk- en zienswijze. Ze begrijpen mij vaak niet en ook mijn gevoel voor humor niet. |
|
|
|
|
|
Ik voel me vaak echt anders, bijna alsof ik een soort alien ben die hier niet thuishoort. |
|
|
|
|
|
Ik zeg vaak 'nee' (omdat ik tijd nodig heb om ergens over na te denken). |
|
|
|
|
|
Ik zie de subtiliteiten en discrepanties in het dagelijks leven die anderen ontgaan. Alsof ik met een vergrootglas rondloop zie ik alles en vind ik het eigenlijk raar dat anderen dat niet zien. |
|
|
|
|
|
Ik zie en doe dingen anders dan de meeste mensen om me heen. Waar zij rechts gaan, zie ik dat links eigenlijk beter zou zijn. |
|
|
|
|
|
Ik zie risico’s en problemen eerder aankomen dan collega’s en leidinggevenden en ik zie sneller wat de mogelijke oplossingen zijn. |
|
|
|
|
|
Ik zie vaak al snel hoe iets beter, mooier of sneller kan. |
|
|
|
|
|
Ik zie vaak maar één mogelijkheid om ergens mee om te gaan. |
|
|
|
|
|
In de beginnende schooljaren heb ik mij regelmatig verveeld in de klas en mij verbaasd over de traagheid waarmee leeftijdsgenoten dingen deden en leerden. |
|
|
|
|
|
In mijn ontwikkeling liep ik voor op leeftijdsgenoten in de vorm van het al eerder lezen, schrijven, lopen en/of praten / ik was juist later, maar deed het al wel meteen foutloos. |
|
|
|
|
|
Mijn besef van tijd en ruimte is beperkt. |
|
|
|
|
|
Ouwelijk of formeel taalgebruik komt vooral voort uit kopieergedrag of napraten van anderen, ik doe dat zelden of niet uit mezelf. |
|
|
|
|
|
Vaak heb ik een houterige moteriek. |
|
|
|
|
|